Hans Braakhuis

home
Wolfheze

update jan 2024
Er is veel over Wolfheze te vertellen. Op deze pagina probeer ik een overzicht te geven.

Sommige onderwerpen zijn gebundeld:

Over het kerkhof leest u bij begraafplaatsen.
Over de kerken leest u bij kerken.
Over de hotels en horeca leest u bij hotels en café`s.
Over de boerderijen leest u bij boerderijen.
Over enkele bijzondere woningen en villa's leest u aldaar
Over de Buunderkamp is een apart gedeelte.
Over de Boschhoeve (de naam komt twee keer voor in Wolfheze) leest u bij de Buunderkamp.
Over de molens in Laag Wolfheze leest u bij molens.
Over de Wolfhezer postkantoren leest u bij postkantoren
Over de watertoren leest u bij watertorens
Over de Wodanseiken leest u bij Wodanseiken Duizend jarige den.
Over de landgoederen zoals Boschhoeve (2x), Laag Wolfheze, Johanna, etc bij landgoederen

Over de Wolfhezer oorlogsslachtoffers, begin hier en vrijwel boven aan die pagina staan bij de vele namen, ook Wolfhezenaren.
In de gemeente Renkum is het woord LAAG een begrip. Wolfheze Laag bestaat al voordat Wolfheze gebouwd wordt. Doorwerth Laag bestaat al voordat Doorwerth gebouwd wordt. Oosterbeek Laag is het begin en later komt Oosterbeek Hoog er bij. Heelsum kent geen Laag, maar had vroeger wel een Doorwerths en Renkums gedeelte.
Renkum is gewoon Renkum. Idem Heveadorp. Je zou de proefboerderij wel Heveadorp Laag kunnen noemen en dan is het Hof te Seelbeeck weer Heveadorp Hoog.
Al voor 800 moet het gebied van Wolfheze bewoond zijn geweest. Er zijn 20 grafheuvels in de omgeving gevonden, vooral langs de beek. "Nadat onder de katholieke Reinald II in 1339 de graafschap Gelre tot Hertogdom werd verheven, kwamen alle tegenwoordige Renkumse kernen onder het Kwartier van Veluwe te vallen. Het ‘richterambt Veluwezoom’ omvatte het toenmalige schoutambt Renkum (samen met Brummen en Rheden) en de Heerlijkheid Doorwerth (waaronder ook Wolfheze viel)". Canon van Gelderland.
Wolfheze-Laag
Stratius kaart uit 1555
Het naar Stratius vernoemde rondeel om de Heerwegh te beschermen is goed zichtbaar. Let op noord is beneden. Op achterzijde: Wolfhezen. Johan Gielis en Johan Stratius waren commissarissen van het Hof van Gelre en Zutphen. Kaart uit 1553.
Wolfhezen
Uitsnede van de kaart 1403-0004 van Thomas Witteroos: Van alle die C.M. heggen geleghen in Coenenbosch (tussen Oosterbeek en Wolfheze), uit 1570 bij het Gelders Archief. "Die Swarte Kolcse Hegge" is het groene gedeelte.  Op de gehele kaart gaat het om de koninklijke domeingoederen, die ook zijn weergeven op 10 detailkaarten 0012 Gelderse Rekenkamer: Boxoort, Het Swyersdal, Die Swarte kolksche hegge, Die Hegge after Sonnenberger Eng, Die Hegge after Gerrit Berwen Eng, De Koedell, Booch Hegge, Die Hegge in Seelbecker Enck, 't Westerhout, Die Verwershou. Verder zijn in opstand weergegeven: De kerk van Oosterbeek, Brants huis, Magherhorst, Mariendaal, Wolfhese en diverse boerderijen en hofsteden. De metingen zijn verricht in aanwezigheid en op aanwijzing van Frederik van Renes, bosmeester en wildschut en in opdracht van Thomas Gramaye en Boudewijn van der Boe, raad en rekenmeesters van Gelderland
Wolfheze Oostelijk van Wolfheze-Laag lag het wildforstersgoed Wolfheze met zijn bezittingen. Dit was een riddergoed van Gelre. Het wildforsterhuis stond op de plaats van hotel Wolfheze. Op het zuidelijk
gedeelte van het goed, in de omgeving van de tegenwoordige villa's Wodanswoud en Hillock, lag vermoedelijk de omstreeks 1371 door Arndt van Lawijck ontgonnen Heer Arndt Enk. Een gedeelte van de bijbehorende wal is in het veld zichtbaar.

De kaart hiernaast is van Gijsbert Verbeek, landmeter voor het Hof van het Vorstendom Gelre en Graafschap Zutphen, gemaakt in 1736.  De kaart is een uitsnede van GA 2003 469-0003. Het kruispunt Wolfheze is goed te zien, met de Weg naar de Ginkel, naar Bennecom en de Schelmseweg vanaf Arnhem.

Ook de Swarte Kolck is er op te zien (bron van de Heelsumer beek), waar ook een kruispunt  is van de Koningsweg. Een Koningsweg stopt bij het Wildforsterhuis. Tussen kasteel Doorwerth en het wildforsterhuis waren meerdere wegen. Daar hoefde stadhouder Willem III geen Koningsweg aan te leggen.

Hoe heet een beek?
De Zwarte Kolkbeek heet zo omdat deze begint in de Zwarte Kolk. Achter hotel Wolfheze. Bij de NS "duiker in de vallei van de Zwarte Kolk" onder de spoorlijn Oosterbeek Wolfheze.

De Zwarte Kolkbeek heet later de Papiermolenbeek.
De papiermolenbeek veranderd van naam in de Heelsumse beek als de Wolfhezerbeek er bij komt.  De Heelsumse beek mondt uit in de Nederrijn tussen de Noordberg en de Jufferswaard. Bevers en andere beheerders van de beek, verleggen de monding nog al eens.

De Zwarte Kolk is geen spreng. Sprengen worden veel later dan 1350 gegraven.

"De Zwarte Kolk was een laagte in het landschap, opgevuld met water. Waarschijnlijk door de donkere kleur van het water (veroorzaakt door een modderige bodem) kreeg deze de naam Swarte Colck/Koick. Schapen gebruikten de kolk als drinkplaats, zo blijkt uit het vervolg van de getuigenis: "dat de schapen altijdt uijt die gemelde Swarte kolck haere drinck plaetse gehadt hebben ende noch hebbende sijn'" Michels; Oud Wolfheze; pagina 38.
Wolfheze

Lees het artikel van J. Wesselink, De beek van Wolfheze. Uit ,,die swarte kolcke" naar de oneindige
zeeën. Met afbeeldingen in de Wandelaar; jrg. 15 (1943), No. 1, 9.

Papiermolen beek
In het gebied van het huidige natuurmonument Wolfheze heeft in vroeger dagen een geheel kerkdorp gelegen. In het centrum stond de kerk die omstreeks het jaar 1000 gebouwd moet zijn en waarvan de plaats op het met wallen omgeven kerkhof nog duidelijk te zien zijn.

Meer over deze kerk in Wolfheze-Laag.

Het Hof Wolfheze, waarbij ook een waterkorenmolen behoorde, wordt voor het eerst vermeld in 1413 (Oltmans), en moet volgens A.H. Martens van Sevenhoven zeer waarschijnlijk beschouwd worden als centrum van een oude hofmark, waaruit dan Wolfheze ontstaan is. Henk Jansen noemt: "Kerkje en directe omgeving worden later Hof Wolfheze genoemd"  Uit De zuidzoom in de Middeleeuwen I pagina 76.
"De Hof Wolfhees behoort tot 1413 tot de leengoederen van het huis Montfoort en daarna tot de bezittingen van de Van Wyes, de Van Wilps en de Van Middachtens. In 1501 draagt de weduwe van Arendt van Middachten de Hof over aan de Ridderlijke Duitsche Orde (RDO) Balije van Utrecht. De landcommandeur hiervan geeft het goed daarna in erfpacht uit". Bron wolfheze.nl

Na de verwoesting van Wolfheze in 1585 was het eenzaam en verlaten. Op de tot hei en bos geworden gronden kwam een schone wildernis te voorschijn. Het niet meer bestaande hof Wolfhezen, is nog steeds bezit is van de Duitse Balije. Eerst in 1739 wordt het goed door de Balije in eeuwigdurende erfpacht uitgegeven aan Willem Graaf Bentinck, heer van Doorwerth
Er loopt geen weg van Arnhem naar Utrecht langs de Nederrijn. Een van de oorzaken, het moeras onder Wolfheze. Dat was van het dal van de Wolfhezer en Heelsumse Beek naar de Jufferswaard. Daar kon je niet langs.  De Oude Heer Straet van Utrecht naer Arnhem liep daarom wat hoger, net onder Wolfheze-Laag door. Om deze weg te beschermen was er een landweer en het Stratius rondeel.
Gedurende onze 80-jarige oorlog in 1515 werd Arnhem belegerd en ingenomen door Spaanse troepen. De soldaten werden onder meer gelegerd in het klooster Mariënborn en stroopten van daar uit de omtrek af. In Wolfheze werd een groot aantal huizen platgebrand, waaronder alle boerderijen op de Heer Arndt Enk. Deze huizen zijn later niet herbouwd, de bewoners hebben zich elders gevestigd.

In 1584 vielen de Spaanse legers opnieuw de Veluwe binnen en stroopten het platteland af. Eerst in het voorjaar van 1585 begon de krijgskans te keren. De Spanjaarden die zich in Wolfheze verschanst hadden. werd na een zware strijd verdreven, waarbij het gehele dorp verwoest werd; kasteel (het Hof Wolfheze), kerk en wildforstergoed incluis. Alleen het wildforstergoed is daarna weer opgebouwd, voor de rest bleef Wolfheze een woeste hoeve. Wolfheze-Laag houdt op te bestaan.
Wat zich precies in Wolfheze afgespeeld heeft, is nooit bekend geworden. Van de trotse burcht stond nog slechts de ruïne van een hoektoren, die we op een kaart van Johan Gielis en Johan Stratius uit 1553 zie hierboven terug vinden.

Omtrent desen tijd had.de Raed van Staeten onsen Raed (van Harderwijk) indagtigh gemaekt om goede aenteykeningh te maeken van 't koorn in de stad nog overigh sijnde, nochyet daeraf te aeten weghvoeren, ten ware dat er dadelycken weder soveel wierdin de plaats geleverd. Des vijands gantse heyr laghrechtevoort tot Wolfhezen bij den Doorenweerd, alwaerde onsen, stout op haer eygen grond sijnde, hen het hoofd booden....". Uit Slichtenhorst; Beschr. en Hist. van Harderwijk. Destijds in het Rijks Archief te Arnhem.

Wolfheze-Laag omvatte tot dan toe het Hof (het eigenlijke dorp) en het Wildforstergoed. Dat laatste werd weer opgebouwd, het dorp niet.
Wolfheze
Pré kadastrale kaart uit 1818, alleen sectie B van Wolfheze in de gemeente Doorwerth. Wat ik hierboven Wolfheze-Laag noem, heet hier op deze kaart Hoog Wolfhezen, de naam van een landgoed in Oosterbeek.
wolfheze Wolfheze-Laag volgens HisGis, de kadastrale kaart uit 1832. Eigenlijk is er alleen heide. Met enkele kavels bouwland en percelen dennenbos. Het gehele gebied is dan eigendom van de eigenaar van Kasteel Doorwerth, die zelf niet op Doorwerth woonde, maar ergens in Engeland.

Het tegenwoordige Wolfheze, ligt noordelijker, er is niets bijzonders te vinden. Alleen veel heide in 1832.
De Rhijnspoorweg.

Station Wolfheze ligt aan de spoorlijn Amsterdam en Arnhem. Dat Wolfheze, destijds nog een onbeduidend gehucht, een halte aan deze lijn kreeg is te danken aan de ondernemende grootgrondbezitter Baron van Brakell. De bouw van de halte, later vervangen door het huidige stationsgebouw, was het begin van het huidige dorp.

Het was de bedoeling dat de spoorlijn langs de Grebbeberg bij Rhenen via de Rijnoever naar Wageningen en Arnhem zou lopen. Het departement van Oorlog maakte hier om veiligheidsredenen bezwaar tegen, waardoor het spoor langs Ede kwam te liggen. Dit betekende dat het spoor nu langs Wolfheze naar Arnhem zou lopen, langs de grens van de Doorwerthsche Heide en de Boven Heide.
Baron van Brakell, stelde zijn grond ter beschikking om het spoor aan te leggen, op voorwaarde was dat de trein op zijn domein zou stoppen. Wolfheze kreeg daardoor een halte op de plek waar een bestaand pad de spoorbaan kruiste. Hier werden een houten wachterswoning en vermoedelijk
een haltegebouw opgetrokken. Hoe ze eruit hebben gezien is niet bekend. Ook kreeg de halte een laad- en losgelegenheid. Wolfheze was niet de enige plaats waar met eenvoudige middelen een halte werd gebouwd. Er waren slechts enkele stopplaatsen langs de lijn waarvoor een nieuw gebouw werd ontworpen, zoals Amsterdam- Weesperpoort.

Wolfheze was de enige halte tussen Ede en Arnhem en zo kon Van Brakell met zijn halte een belangrijke rol verwerven in de lokale houthandel, die zich met name rond het nabijgelegen Oosterbeek concentreerde (dat 1870 een eigen station kreeg). Ook voor de ontvangst van gasten
kwam de halte vermoedelijk goed van pas. In 1846 liet de baron vanaf de halte een tweetal wegen verharden en aanleggen, waarop hij tol hief. Dit waren de Wolfhezerweg richting Oosterbeek en de Heelsumseweg richting Heelsum en Renkum
Wolfheze Hoog

Wolfheze
De eerste bebouwing in het huidige Wolfheze. De 4 daglonershuisje (hiernaast) en de ontginngingsboerderij zijn in 1890 in Topotijdreis terug te vinden.

In 1890 staat er nog een boerderij op Papendal, een boerderij (later "kousenhuisje") , een spoorweg halte en een hotel. Meer is er niet in Wolfheze.
Wolfheze
1874

De Vierslag aan de Wolfhezerweg 94, 96, 98 en 100 in Wolfheze: Gebouwd rond 1875. Hier vinden we de eerste bewoners, die werkzaam waren bij de Vennootschap “Heideontginning te Wolfheze” en bij het onderhoud van de Rijnspoorweg. In de tijd van Johanna-Hoeve woonden hier diverse arbeidersgezinnen o.a. Steenbeek, Hulstein, Esmeier, Eggen, en G. Sanders.
In 1942 woont hier D. Esmeijer.
Wolfheze
Een gedeelte van een kadastrale kaart met dienstjaar 1881. De Heelsumseweg is er al, evenals Station Wolfhezen van de Rijn Spoorweg. De verkavelingsboerderij op de hoek van de Heelsumseweg en de huidige Parallelweg is er al.
Uit Topotijdreis in 1874, bewerkte uitsnede.

De verkaveling is goed te zien.

Hoog-Wolfheze, zeg nu Hotel Wolfheze, staat op de kaart vermeld.

Door de eigenaar van Wolfheze, de Baron van Brakell, werd in 1846 de Wolfhezerweg aangelegd en verhard. Er kwam aldus een weg tussen Wolfheze en de Utrechtseweg. Het pad via de
Bredelaan en Zonneheuvelweg naar de uitspanning Wolfheze werd minder van belang. Later werd het gedeelte van de Wolfhezerweg tussen de Utr:weg en de uitspanning, aan beide zijden met eikenbomen beplant, welke door hun groei in de loop der jaren, een brok romantiek aan de weg verlenen door hun grillige vorm.

Als gevolg van een en ander ontstond niet atleen de uitspanning, doch ook in de directe nabijheidvan het station ontstond enige bebouwing. M.A. Sipman, die omstreeks 1880 Wolfheze bezocht, schrijft in zijn boek: Arnhem en omstreken, twaalf stadsgezichten:
„Men landt hier als het ware midden in de heide aan, ofschoon in de laatste jaren het eenzamekarakter, door het bouwen van enige daglonerswoningen en een boerderij in de onmiddellijke nabijheid van de halte, eene belangrijke wijziging heeft ondergaan. Met belangstelling ontwaart het oog tevens de nieuwe aanplantingen aan de Noordzijde; deze toch doen de hoop levendig worden, dat na verloop van eenige jaren de ontginningen de heide daar over eene groote uitgestrektheid in bosch zullen hebben herschapen’.
Wolfheze
Wolfheze
Kadaster Dienstjaar 1908, gemaakt in 1907. Het valt me op dat de Wolfhezerweg bij het spoor lijkt dood te lopen op 2 dienstwoningen
Wolfheze
Kadasterkaart uit 1910. Opnieuw lijkt de Wolfhezerweg dood te lopen op een N.S. dienstwoning. De twee gebouwen op het ziekenhuisterrein zijn het posthuismet schuur en Schuur.
Het posthuis was voordien een boerderij, gebruikt voor de verkaveling en bebossing in vroegere tijden. Vanwege het Ziekenhuis wordt hier de post aangenomen.
Wolfheze
Aan de onderkant van deze Kadaster Veldwerkkaart uit 1912 is Station Wolfheze zichtbaar. Daarboven staat geschreven Blindengesticht in aanbouw. Geheel links begint de Buunderkamp. De Reijerscamp is geheel verkaveld met dennen. Helaas, de bruine strepen bestaan uit plakband.
De Nederlandsche Heide-Maatschappij

Als de spoorlijn wordt aangelegd in 1845 dan is het overheidsuitgangspunt: "THORBECKE, verlangt, volgens het Eindverslag, den Spoorweg „grootendeels door onbewoonde Heidegronden" om ook daar welvaart te verspreiden, luttel onteigeningsgelden te betalen, Weilanden en welige Akkers te sparen en te eerbiedigen".

Wolfheze
Hier een foto van de ontginningsboerderij op dat moment bewoont door de familie Ottes.

Voor een som van circa f 3400 ontvangt de heide-ontginner, in dit geval een werklooze uit Amsterdam, een huis met 5 HA. heidegrond, die voor hem in orde gemaakt en bezaaid wordt. Bovendien krijgt hij 2500 KG. rijstmeel voor de varkens, 200 KG. rijst voor eigen gebruik, 200 KG. ongebuilde tarwe, om zelf daarvan brood te bakken, een drachtige zeug, twee hokkelingen of schrammen, zaaizaden en later, als er voeder is gegroeid, drie koeien. Nog wordt hem f 95 in geld verstrekt en de benoodigde landbouwwerktuigen als ploeg, kruiwagen enz. Als trekkracht moet de bewoner zijne koeien bezigen, daar een doodeter van een paard eenvoudig een schadepost zou zijn, die hem den ondergang zou berokkenen. Delpher in 1894.
Uit het Algemeen Handelsblad van  29-07-1868: Arnhem 27 julij, Van gisteren in den voormiddag tot tegen den avond zag men, in eene W.N.W. rigting van deze stad, ontzaggelijke rookwolken opstijgen. Menigeen begaf van hier derwaarts maar keerde terug omdat de plaats van de brand was in de heide, tusschen Wolfheze en Ede, welke over eene groote uitgestrektheid in vlam stond, aangestoken door het vuur uit een locomotief, even als de boschbrand te Wolfheze Vrijdag de 11de.

Op de velden, waarop spreker zijn stelsel met zooveel sucses toepaste, te Wolfheze en Barneveld, heeft hjj gele lupinen gekweekt, waarop het vee uitnemend wordt geteeld; de gele lupine is dan ook het fundament voor de woeste- en heidegronden. Spr. gaat voort om heidegronden te ontginnen. Te Wolfheze is een werkelooze uit Amsterdom op de heide als landbouwer geplaatst. Hjj werkt volgens het systeem—Bertels en nog eenige jaren en deze man is een welvarend landbouwer. De ontginning volgens dit nieuwe stelsel is respectabel. Het is waar, in onze maatschappelijke toestanden is veel kwaad, wjj kunnen echter dat kwaad verminderen, en wanneer wjj dan landbouw redden, door meerder productievermogen aan den grond te ontwoekeren, dan is er veel gered. De werkeljjkheid is, dat woeste gronden in korten tijd tot vruchtbare akkers kunnen worden herschapen. Laten wjj der wereld toonen, dat wjj nog zijn de groote Batavenzonen, door de woeste gronden te herscheppen in vruchtbare weilanden. Een bezoek aan de boerderjj te Wolfheze, voor een paar jaren nog heidegrond, zal doen zien, hoe het op onzen weg ligt de heidevelden volgens dit systeem te ontginnen. Delpher 1895

Wolfheze
zelfde locatie als hiernaast rond 1970
Doorwerth, 25 julij 1868. Gisteren namiddag omtieeks 4.30 uur ontstond een hevige heide- en boschbrand in de nabijheid van de boerderij Wolfheeze Bijna elken dag ontstaan gedurende deze aanhoudende droogte langs den Rhijnspoorweg bij het passeren der treinen kleine branden, welke op de belendende eigendommen van anderen overslaan. Ditmaal raakte het schoone Wolfheezer bosch, het uitverkoren oord van schilders en zendingvrienden, in gevaar. De sneltrein om 4.30 uur daar passerende deed op onderscheidene plaatsen tegelijk brand ontstaan in de heide, welke langs de baan groeit, en aan de directie van den Rhijnspoorweg toebehoort. Van daar sloeg de brand over naar de aangelegen heide p.m. 100 bunders groot, welke geheel afbrandde. Vervolgens bereikte het vuur den zoom van het bosch en sloegen over eene lengte van meer dan 1000 ellen de vlammen hoog uit het eiken hakhout. De opstijgende rookwolken hadden de ingezetenen van Doorwerth en Oosterbeek doen vermoeden, dat de brand ditmaal van eenen ernstigen aard was. Van alle zijden stroomden mannen toe, voorzien van schoppen, bijlen en boomtakken en vielen op het door eenen krachtigen noordewind aangewakkerd vuur aan. Hoe moeijelijk ook in den beginne, wegens den verstikkenden rook, het postvatten was, hielden de blusschers als om strijd sland en mogten zij als gevolg van hunnen volhardenden ijver en niet minder van hunne volgzaamheid en de orde die eene regelmatige verdeeling der bluschkrachten toeliet, de zelfvoldoening smaken, dat om 8 uur des avonds alle gevaar was geweken en het teregt geroemde schoone Wolfheezer bosch is behouden. Ook gisteren middag hebben door vonken dat uit eene locomotief gevallen is, op de hoogte van Oosterbeek de verzengde planten vuur gevat. Uit de Arnhemsche courant 28-7-1868 Dhr. J. G. W. Baron van Brakell verkocht in 1880 een groot stuk heide van 212 ha, aan enkele particulieren, die in 1892 overgingen tot de stichting van de N.V. Heide-ontginning Wolfheze. Het doel der stichting is slechts ten dele verwezenlijkt, door de ontginningen ten noorden van de spoorbaan. Het grootste deel bleef heide en bos. Het was dan ook in hoofdzaak het bosgebied ter grootte van 86 ha, dat in 1906 verkocht werdaan de Ver. tot Chr. Verzorging van Geestes- en Zenuwzieken.
Over deze N.V straks meer informatie.

"Van zes tot acht uur duurde hedenmorgen het uitrukken der troepen naar de vlakten achter Heelsum, waar de groote manoeuvres worden gehouden. Duizenden en duizenden voetgangers volgden den weg naar Oosterbeek en het aantal rijtuigen was ontelbaar. Men zegt, dat er geen rijtuig in de stad meer te krijgen was. De Koninginnen zullen te Heelsum de manoeuvres bijwonen en zouden met een extra-trein naar Wolfheze terugkeeren. Na het dejeuner op Oranje-Nassau te hebben gebruikt, zouden Hare Majesteiten de revue op de Renkumsche heide bezoeken. De legerdeelen waren opgesteld op de Renkumsche heide, tusscnen de stations Ede en Wolfheze, en werden in hunne bewegingen, ter hoogte van Jonkershoeve door de Vorstinnen gadegeslagen"
. Uit de Arnhemsche courant van 08-09-1891.
Wolfheze Het Kousenhuisje

Naamlooze Vennootschap: Heide-ontginging te Wolfhezen

Uit de Nederlandsche Staatscourant 12-4-1892, No. 80. Naamlooze Vennootschap:

Heide-ontginging te Wolfhezen, te Arnhem.

Voor jhr. Campegius Willem Rengers Hora Siccama, notaris ter standplaats de gemeente Groningen, zijn, in tegenwoordigheid van de twee na te melden getuigen, verschenen :

1. de heer mr. Johan De Sitter, rechter in de arrondissementsrechtbank van en wonende te Groningen;

2. de heer mr. Lamoraal Ulbo De Sitter, raadsheer in het gerechtshof te Arnhem en aldaar wonende, voor zich en als lasthebber van: a. de hoogwelgeboren vrouwe mevrouw Wilhelmina Petronella baronesse Rengers, zonder beroep, wonende te Groningen, weduwe van wijlen den hoogedelgestrengen heer mr. Willem De Sitter;

b. mevrouw Anna Antoinetta De Sitter, zonder beroep, echtgenoote van en daartoe bijgestaan en gemachtigd door den heer Johan Conrad Van Hasselt, Rijksbetaalmeester, beiden wonende te Dordrecht;

c. mejuffrouw Catharina Louisa De Sitter, zonder beroep, wonende te Groningen ;

d. mevrouw Wilhelmina Petronella De Sitter, zonder beroep, echtgenoote van en daartoe bijgestaan en gemachtigd door den heer mr. Hermanus Johannes Antonius Van Heumen, beiden wonende te Tiel, krachtens onderhandsche akte van volmacht, welke, na vooraf door den lasthebber in tegenwoordigheid van den notaris relatant en de getuigen voor echt erkend en ten blijke daarvan door hen allen geteekend te zijn, aan deze akte zal worden vastgehecht;

3. de heer mr. Zacharias Henricus Post, advocaat, wonende te Oosterhout, voor zich en als lasthebber van: a. mevrouw Hendrika Johanna Binkhorst, weduwe van den heer Cornelius Dasse Viëtor, zonder beroep, wonende te Dieren;

b. mejuffrouw Jeantine Haitzema Viëtor, particuliere, wonende te Dieren, krachtens onderhandsche akte van volmacht,

welke, na vooraf door den lasthebber in tegenwoordigheid van den notaris relatant en de getuigen voor echt erkend en ten blijke daarvan door hen allen geteekend te zijn, aan deze akte zal worden vastgehecht. Die verklaarden bij deze op te richten eene naamlooze vennootschap, welke, behoudens de Koninklijke bewilliging, zal worden geregeerd door de navolgende bepalingen en voorwaarden: Artikel een. De vennootschap draagt den naam van Heide-ontginning te Wolfhezen Zij is gevestigd te Arnhem. Artikel twee. Haar doel is de gronden bedoeld in artikel acht te ontginnen en productief te maken. Artikel drie. De vennootschap vangt aan op den elfden December achttienhonderd een en negentig en eindigt den een en dertigsten Juli negentienhonderd en dertig.

De goederen zijn gelegen in de gemeenten Renkum en Doorwerth, zooals zij die bij de hierna te omschrijven akten hebben verkregen bestaande uit: 1. eene uitgestrektheid heidegronden, met eenig bosch en een huis met vier woningen, gelegen in de gemeente Oosterbeek, ten noorden van den Rhijnspoorweg, samen groot tweehonderd vier en tachtig hectaren negen aren en vijftig centiaren, bij bet kadaster der gemeente Oosterbeek bekend en sectie A, nummers 1, 2, 6, 45, 46, 47, 48, 51 tot en met 62, 71 tot en met 77, samen groot kadastraal tweehonderd drie en tachtig hectaren acht en zestig aren en vijftig centiaren, terwijl een en veertig aren, bovendien daartoe behoorende, bekend als nu vervallen weg, ongenummerd zijn; 2. heide en bosehgronden gelegen in de gemeente Doorwerth, ten noorden van den Rhijnspoorweg, kadastraal groot honderd zes en twintig hectaren acht en dertig aren en tachtig centiaren en bij het kadaster der gemeente Doorwerth bekend in sectie A, nummers 62, 63, 64, 65 en 66; 3. de uitspanning "Wolfheeze" met tuin, bosch en heide, gelegen in de gemeenten Oosterbeek en Doorwerth, ten zuiden van den Rhijnspoorweg, te zamen kadastraal groot negen en tachtig hectaren vijftien aren en dertig centiaren, bij het kadaster der gemeente Oosterbeek bekend iu sectie A, nummers 65, 66, 67 en 68, eo bij het kadaster der gemeente Doorwerth bekend in sectie B, nummer 160 en in sectie A nummers 24, 25 tot en met 61, zijnde de sub een, twee en drie genoemde goederen te zamen, na aftrek van het aan de inbrengers niet toebehoorende, doch bij de kadastrale perceelen Oosterbeek, sectie A, nummers 67 en 68 opgemeten en abusief te hunnen name gestelde gedeelte van den grintweg van Heelsum naar het station Wolfhezen, volgens hunne akten van aankomst, groot vierhonderd negen en negentig hectaren en zeven en vijftig aren. In welke goederen zijn gerechtigd :
1. de comparant de heer mr. Zacharias Henricus Post, sub drie genoemd, tot een derde gedeelte;
2. de lastgeefster mevrouw Hendrika Johanna Binkhorst, weduwe van den heer Cornelius Dasse Viëtor, sub drie genoemd, als rechthebbende op de gemeenschap bestaan hebbende tusschen haar en haren echtgenoot wijlen den heer Cornelius Dasse Viëtor opgemeld, voor een zesde gedeelte;
3. de lastgeefster mejuffrouw Jeantine Haitzema Viëtor, sub drie genoemd, als eenig kind en eenige erfgenaam ingevolge de wet van haren ab intestato overleden vader, den heer Cornelius Dasse Viëtor, gewoond hebbende en overleden te Dieren, door hem bij de lastgeefster mevrouw Hendrika Johanna Binkhorst, weduwe van den heer Cornelius Dasse Viëtor, sub drie genoemd, ir. huwelijk verwekt, voor een zesde gedeelte ;
4. de lastgeefster mevrouw "Wilhelmina Petronella baronesse Rengers, weduwe van den heer mr. Willem De Sitter, sub twee genoemd, voor een zesde gedeelte;
5. de comparant de heer mr. Johan De Sitter, sub een genoemd, voor een dertigste gedeelte;
6. de comparant de heer mr. Lamoraal Ulbo De Sitter, sub twee genoemd, voor een dertigste gedeelte ;
7. de lastgeefster mevrouw Anna Antoinetta Van Hasselt, geboren De Sitter, sub twee genoemd, voor een dertigste gedeelte;
8. de lastgeefster mejuffrouw Catharina Louisa De Sitter, sub twee genoemd, voor een dertigste gedeelte, en
9. de lastgeefster mevrouw Wilhelmina Petronella Van Heumen, geboren De Sitter, sub twee genoemd, voor een dertigste gedeelte, de vijf laatstgemelden als eenige kinderen en erfgenamen ingevolge de wet van hun vader, wijlen den heer mr. Willem De Sitter, gewoond hebbende en overleden te Groningen, door hem bij zijne echtgenoote mevrouw Wilhelmina Petronella baronesse Rengers, weduwe van den heer mr. Willem De Sitter, de lastgeefster sub twee genoemd, in huwelijk verwekt.

Tezamen ongeveer 663 hectare, toch wel heel veel meer dan anderen vermelden.
Station Wolfheze

Ben nog op zoek naar platen of foto's van de halte uit 1845.
Het stationsgebouw is aanbesteed in 1899 en kwam gereed in 1900

Wolfheze
Kadasterkaart uit 1902, 79 en 80 zijn een huis (dienstwoning), 81 is het station.
Wolfheze
Kadasterkaart uit 1916.
Wolfheze
Het stationsontwerp is van het Standaardtype Visvliet dat vanaf 1890 tot en met 1903 gebruikt werd voor in totaal zes Nederlandse spoorwegstations. Het gebouw in Wolfheze is het laatste nog bestaande gebouw van deze zes, de andere 5 soortgelijke gebouwen zijn gesloopt. (bron Wolfheze)

Wolfheze
1915 bouw dienstwoning

Wolfheze

Wolfheze
Wolfhezen
Wolfheze
Een bouwtekening van het station gemaakt tussen 1913 en 1919.
Het huidige dorp Wolfheze begint eigenlijk in 1906 door de vestiging van het psychiatrisch ziekenhuis (De Stichting) aan de spoorlijn Utrecht-Arnhem. Door de grondslag van deze stichting waren de personeelsleden bijna uitsluitend van gereformeerde huize. Door de vestiging, in 1909, van de modelboerderij Johannahoeve in Oosterbeek en in 1912 in Wolfheze het Blindentehuis, groeide de Wolfhezer bevolking. Ook de middenstand vestigde zich meer en meer in het dorp. Na de vorming van de gemeente Renkum in 1923 verdwijnt de naam Wolfhezen. Is dat een raadsbesluit geweest?
Krankzinnigen gesticht Wolfheze, kortweg de Stichting, of Wolfheze II en later nog vele andere namen zoals de Gelderse Roos en Pro Persona.
De Ver. tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland, wil uitbreiden en poogt gronden in Wolfheze aan te kopen.

De Ver. tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland zetelt in Utrecht en heeft al drie krankzinnigengestichten in: Veldwijk in Ermelo (1886), Bloemendaal (1892) en Dennenoord in Zuid Laren (1895). Wolfheze wordt nummer vier.

In 1897 kopen Dr. Derk Hendrik Nicolaas Adriani, huisarts uit Oosterbeek en Hendrik Jan van der Goot de boerderij op de Buunderkamp in Wolfheze en in 1902 wordt hier een klein pension met de heer Johannes Smit, als exploitant. In 1903 laat Dr. DHN Adriani het inrichten als Rust- en Herstellingsoord. Ook dat loopt niet goed. Aankoop van de Buunderkamp gronden door de Ver. tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland, lukt niet.

In december 1905 verkoopt de Naamlooze Vennootschap: Heide-ontginging te Wolfhezen een groot terrein (86 hectare) aan Ver. tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland. Gedeeltelijk gelegen in de gemeente Doorwerth, gedeeltelijk in de Oosterbeekse helft van de gemeente Renkum.

Op 20 maart 1906 wordt bekend dat de Ged. Staten van Gelderland een overeenkomst aan gaan, zodat er 300 krankzinnigen in een gesticht in Wolfheze kunnen worden geholpen. Het gesticht in Wolfheze zal het vierde gesticht worden van de Ver. tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland. De provincie Gelderland zal een  subsidie verstrekken.
In september 1906 wordt met de bouw begonnen. Voor een som van f 300,000 zal worden aanbesteed, terwijl in het voorjaar van 1907 reeds een uitbreiding zal plaats hebben, waarmede f 150,000 gemoeid is. De eerste bouw zal geschikt zijn voor 228 patiënten.
In januari 1907 besluit „Vereeniging tot Christelijke verzorging van Krankzinnigen in Nederland" om te Wolfheze (de eerste bouw is nog niet voltooid), een tweede bouw te doen plaats vinden. Voorlopig zullen er nog vier paviljoenen bijgebouwd worden.
Op 3 september 1907, zal Wolfheze geopend worden. Als geneesheer-directeur begint dhr. dr. Sap, geneesheer op Veldwijk.
In juni 1907 besluit de Vereeniging tot Christelijke Verzorging voor krankzinnigen in Nederland, de stichting te Wolfheze belangrijk uitte breiden. Er worden vier paviljoenen, een kerk, een woning voor de tweede geneesheer en drie woningen voor beambten bijgebouwd.
Als eerste administrateur werd benoemd de heer A. Stronkhorst uit Loosduinen.

De Vereeniging tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland, verzoekt om het verpleeggeld voor de armlastige krankzinnigen, in het gesticht „Wolfheze", met ingang van december 1908, te verhogen met f 25 per patiënt en per jaar. Wolfheze blijkt duurder dan de andere gestichten.
In het eerste jaar ontstaat al een tekort van f 20000. Men denkt aan een jaarbedrag van f 335 per patient.

In mei 1909 is de Vereeniging tot Christelijke verzorging van krankzinnigen in Nederland, een vergunning verleend tot bijbouw van 4 paviljoenen op het terrein van het krankzinnigen gesticht Wolfheze.

September 1910:  De stichting te Wolfheze wordt voltooid, zodat er 500 patienten geplaatst kunnen worden. De stichting heeft binnenkort een zeer groot gebouw voor de psychiatrische en neurologische kliniek.

Juni 1911: Bij de Stichting te Wolfheze slaagden voor het verplegers-examen slaagden: de verplegers B. Berklof, J. Klinge en M. Vader en de verpleegters W. Buwalda, L. J. Korporaal, W. J. Lugt en T. Schuuring.
Wolfheze
Kadasterkaart uit 1910. Opnieuw lijkt de Wolfhezerweg dood te lopen op een N.S. dienstwoning. De twee gebouwen op het ziekenhuisterrein zijn het posthuismet schuur en Schuur.
Het posthuis was voordien een boerderij, gebruikt voor de verkaveling en bebossing in vroegere tijden. Vanwege het Ziekenhuis wordt hier de post aangenomen.
Wolfheze
Een kadastrale kaart van het Ziekenhuis in 1909. Een kadastermedewerker uit waarschijnlijk Oosterbeek denkt dat aan de rechterkant een gemeente Oosterbeek is. Helaas, het is de gemeente Renkum waar Oosterbeek een onderdeel van is.
Wolfheze

Vlinder
De Vlinder is een gemeentelijk monument.
olfheze

Wolfheze
Het hoofdgebouw is een gemeentelijk monument.

Wolfheze
De voormalige kliniek.
Sonneheerdt, aanvankelijk een opleidingscentrum voor personeel. Later een personeelscentrum waar ook maaltijden genuttigd konden worden.

Sonneheerdt

Ontwerp van E.J. Rotshuizen, Heelsum. Meer foto's van het Ziekenhuis: www.bonas.nl
Sonneheerdt
Wolfheze
In de hal van De Bogen in 2023
Wolfheze
Sonneheerdt in 2023

Een gemeentelijk monument.

Het Schild,  Wolfhezerweg 101, Wolfheze

In 1890 gaat de blinde onderwijzer Nicolaas Schild beginnen met zijn droom. Een tehuis voor Alleenstaande Blinden dat in 1912 in Wolfheze wordt geopend. Tijdens de Slag bij Arnhem wordt het Schild geheel verwoest en na de oorlog kwam er een nieuw pand. In de jaren negentig voldoet dit gebouw niet meer en wordt het stapsgewijs geheel vervangen.

Lees het boek: Het Schild in Wolfheze; Ulbe Anema; Uitgeverij Kontrast Oosterbeek; ISBN 978-94-90834-32-6

Of lees meer bij tehuizen
Wolfheze
Wolfheze In oktober 1917 werd een kamp voor Duitse krijgsgevangenen ingericht tegenover blindeninstituut Schild. De huidige Duitsekampweg herinnert hier nog aan. Hier verbleven alleen de soldaten. De officieren hadden leuke villa's in Oosterbeek.

"Te Wolfheze is een kampement voor 3000 militairen en te Hattem een voor 1000 burgers in aanbouw. Woonbarakken en hulpmiddelen voor den bouw van het kampement worden uit Duitschland aangevoerd. Behalve in deze barakken zullen in bovengenoemde plaatsen Duitschers in hotels en pensions worden gehuisvest". De Amstelbode 14-11-1917

De Duitsekampweg bestaat nog steeds.

Mijn Gelderland
Wolfheze
Kaart uit 1923 van architect J.H. Benier uit Oosterbeek. De ontwikkelingsmogelijkheden van Wolfheze
Wolfheze
Uitsnede van kaart  NL-AhGldA_1509_45.jpg met daarop aangegeven de namen van de pavilioens in 1955. Helaas is ergens de naam veranderd en is er geen link meer te vinden naar het Gelders Archief.
Wolfheze
Bestemmingsplan Wolfheze 1930
Vanaf 1906 gingen de personeelsleden van het Ziekenhuis in Wolfheze wonen. Na 1920 komen er ook bewoners van buiten in Wolfheze. De bebouwing nam toe, zowel bungalows als boerderijen. Het dorp kwam de 2e  wereldoorlog redelijk goed door. De stichting had wel met grote verwoestingen en een bombardement te maken; de luchtlanding vond ten westen van het gebied van de stichting plaats. Na de oorlog werd een nieuw, groter en moderner ziekenhuis opgebouwd. Het tehuis voor blinden brandde in de oorlog af en werd op dezelfde plek opgebouwd.

Wolfheze
1930
Wolfheze
Volgens deze BAG kaart zijn de donker gerande woningen al aanwezig in 1920. Het gehele ziekenhuis is volgens de BAG van veel latere datum. Zo heeft de kerk van het ziekenhuis een Oorspronkelijk bouwjaar van 1990
Wolfheze
tekening uit de periode 1900 - 1903.
Rechtdoor de weg van Oosterbeek naar Heelsum. Bij het tolhuis. Links de Italiaanseweg. Rechts de weg naar Wolfheze.

Het hotel Wolfheze en omgeving zoals de Wolfhezerweg  is 1910 door de heer en mevrouw J. H. G. van Heutsz - Baronesse van Brakell aan de N.V. Ter Spijt verkocht. Later werd dit de Mij. Tafelberg. En vandaar het paviljoen aan de Utrechtseweg.

Het landgoed Hoog (of Groot) Wolfheze was 130 H.A. groot en daarvan koopt Natuurmonumenten het belangrijkste gedeelte (110 H.A.), de gemeente Renkum krijgt 12 H.A. in eigendom, om de bebouwing van het dorp Wolfheze, gelegen aan de spoorlijn Arnhem—Utrecht, eventueel nog te kunnen afronden, terwijl de rest, of 8 H.A., bij het bekende hotel „Wolfheze" blijft.
Wolfheze
Een ansicht van de Hotelmij. de Tafelberg uit de periode 1910 - 1920. Tolhuis (links) en Paviljoen Wolfheze, op de hoek Utrechtseweg - Wolfhezerweg.
"B. en W. hebben bij den Raad een voorstel ingediend om den weg naar Wolfheze over te nemen van de N. V. Hotel-Maatschappij „De Tafelberg", aan te koopen de strooken grond langs den weg en over te gaan tot aanleg en verbetering van den weg in eigen beheer, zooveel mogelijk bij wijze van werkverschaffing. Aan te koopen is ongeveer 12000 M. 2 tegen ƒ 0.60 per M2. De hotelmaatschappij en andere belanghebbenden zijn bereid aan de gemeente voor de verbetering ƒ 14.400 te betalen. De kosten welke voor rekening van de gemeente blijven, worden geschat op ƒ 7200 voor den grondaankoop". Arnhemsche courant 12-10-1922
"Voorstel tot overname in eigendom en onderhoud van den Heelsumschenweg te Wolfheze. Conform. Voorstel tot overname in eigendom en onderhoud van enkele wegen en een pleintje te Wolfheze. Door de N.V. Hotel Maatschappij de Tafelberg te Oosterbeek worden aan de gemeente in eigendom en onderhoud aangeboden enkele wegen en een pleintje te Wolfheze".
Arnhemsche courant 10-09-1926
Wolfheze
Paviljoen Wolfhezen, hoek Utrechtseweg - Wolfhezerweg (links). Uitgave Hotelmij. De Tafelberg
De Hotelmij. de Tafelberg heeft een paviljoen geplaatst op het terrein ten oosten van de
weg naar Wolfheze aan de Utrechtseweg t.b.v. wandelaars. Oosterbeeksche Courant 30-05-1914

Wolfheze werd vroeger WOLFHEZEN genoemd. Ergens rond de samenvoeging van de gemeenten Doorwerth en Renkum, in 1923, wordt de naam WOLFHEZE gebruikt.
De slag om Arnhem, wordt soms ook wel eens de Slag bij Arnhem genoemd, dan klopt het beter. Het merendeel van de gevechten waren in Oosterbeek, bij Arnhem. Er verschenen in 2022 nog 17 boeken over Market Garden en de Airborne rond de gemeente Renkum. Wat kan ik daar nog aan toevoegen.

Lees de boeken van Cor Jansen: Blik omhoog 1940-1945, Wolfheze en de Zuid-Veluwe in oorlogstijd, in 4 delen.
Wolfheze
Geweldig, de grond aan de Balijeweg kost in 1950 fl 1,25 per vierkante meter.
Antoon Markus (1870 - 1955) aan het werk voor zijn huis. Wolfhezerweg 16 later 18. Hij is hier gaan wonen na 1920 tot aan zijn dood in 1955.  Wolfheze
Wederopbouwplannen van de gemeente uit 1948. Op het stationsterrein een groot gebouw in de vorm van een boemerang. Nooit gebouwd. Wolfheze
Wolfheze
Woningen die volgens de BAG gebouwd zijn van 1921 tot 1945.
Wolfheze
1950 ansicht
Wolfheze
rond de bouw van de kliniek Neder-Veluwe.
In 1939 heeft de Vereniging tot behoud van Natuurmonumenten, de Wolfhezerbossen (111 hectare) aangekocht. In 1967 kocht dezelfde vereniging het 181 hectare grote landgoed Laag Wolfheze, zodat het natuurmonument Wolfheze thans 292 hectare omvat; een uniek wandelgebied dat schilders als Mauve, Bilders en de gebroeders Maris tot het scheppen van vele kunstwerken heeft gebracht. De  'duizendjarige' den en de Wodanseiken trotseren er de eeuwen. En dat alles ligt er voor ons zo maar, 'onder handbereik'.

Wolfheze
Wolfheze
bestemmingsplannen 1987

Wolfheze
Wolfheze
De BAG lijkt een geweldig zoek instrument. Je kunt er filteren op bijvoorbeeld het  "oorspronkelijk bouwjaar". Zet je dat op bijvoorbeeld 1990, dan blijkt dat vrijwel het gehele ziekenhuis in één jaar gebouwd is": 1990. De panden zonder een zwarte rand zijn van een later of eerder bouwjaar. En zo staat de BAG en ook de WOZ vol met fouten. 
Wolfheze
bestemmingsplannen 1987.
Wolfheze
bestemmingsplannen 1987.
Wolfheze De watertoren van Wolfheze is uit 1907 en stopt in 1979.
Veel meer over deze watertoren in dit artikel.

Een gemeentelijk monument.
2017 - 2018

De bouw van een nieuwe buurt Wolfsheide in Wolfheze met 49 grondgebonden woningen aan de noordzijde van Wolfheze. In het verlengde van de Sara Mansveltweg en de Johannahoeveweg.
Wolfsheide
2023 - 20xx

De bouw van een nieuwe buurt, op de terreinen van de voormalige houtzagerij Willemsen, naast het zaadbedrijf Barenbrug.
project Boven Heide
Albert A. Oltmans, Het landgoed Wolfhezen, een verdwenen dorp; 1922

Oltmans in het archief.

Buunderkamp

J.P.H.T. Michiels, Oud-Wolfheze, de geschiedenis van een dorp aan de Veluwezooom, Wageningen, 1996

 Planken Wambuis

Natuur monumenten
Museum Ziekenhuis Wolfheze.

Reijerscamp

Stations info Wolfheze

Stratiusrondeel

wandelroute

Wolfheze geschiedenis

Wodanseiken, duizend jarige den, Wolfhezer heide
op- en aanmerkingen, verbeteringen, graag: mail